Winst van samenwerking
‘Samenwerking tussen gemeenten betekent natuurlijk wel dat je als college een stuk van de autonomie van je plaatselijke gemeente opgeeft. Is dat erg?’ Die vraag stelde dr. Jan Dirk Wassenaar, scriba van de classis Overijssel-Flevoland in een toespraak voor de afdeling Overijssel-Flevoland van de Vereniging van Kerkrentmeesterlijk Beheer.
Het ging tijdens een bijeenkomst in Kampen op 3 juni over het verleden, het heden en de toekomst. Het verleden kreeg vorm in de presentatie van een boek waarin 91 jaar geschiedenis van kerkrentmeesterlijk werk is verwoord. En in twee toespraken werd gekeken naar de toekomst van het beheer.
Jan Dirk Wassenaar ging in op de samenwerking die in toenemende mate gevraagd wordt. ‘Eerlijk gezegd’, zei hij, ‘zie ik in die autonomie eerder een zekere blokkade voor de ontwikkeling van gezond kerkelijk leven. Om het toe te spitsen: er zijn gemeenten van vergelijkbare grootte – qua aantallen pastorale eenheden, bedoel ik – die totaal verschillende predikantsformaties hebben, wat louter en alleen te maken heeft men de vermogensposities van die gemeenten. En dan hebben we het niet over levend geld, maar over bezittingen vanuit het verleden’.
Wassenaar was daar kritisch over: ‘Ik besef dat daar in het kerk-model zoals wij dat op het protestantse erf hebben, in juridisch opzicht niets aan te doen is – immers: het vermogen is van de plaatselijke ge-meente. Maar er is naast een juridische benadering ook nog zoiets als een morele invalshoek. Zeker in de kerk moet over solidariteit tussen gemeenten gesproken kunnen worden’. De Hellendoornse predikant sprak in die context waarderend over het landelijke rapport ‘Werkzaam vermogen’.
Ds. Klaas van der Kamp ging als tweede inleider ook in op het vermogen. Hij noemde het belangrijk om een heffing toe te passen op het rendement op het vermogen. En hij vroeg om vertrouwen dat geld dat van daaruit besteed wordt, bijvoorbeeld voor kerkelijk werk in Almere – als het aan hem ligt -, een verantwoorde bestemming vindt.
Klaas van der Kamp pleitte er verder voor om het kerkgebouw beschikbaar te stellen voor breed maatschappelijk gebruik. Hij maakte een vergelijking met het verleden, waarin de Bovenkerk zeker twee eeuwen bestierd werd door de magistraat en niet door de kerkrentmeesters. Hij noemde het cultureel erfgoed, waar de hele gemeenschap gebruik van mag maken en navenant ook aan mag meebetalen. De vanzelfsprekendheid dat iedereen kerkelijk betrokken is, wordt minder en daarom zal het nodig zijn mensen tenminste te verleiden om over de kerk te denken als ‘onze kerk’. Dat vraagt om een gedifferentieerd beeld en administratie van doelgroepen.
Wassenaar pleitte ook voor breed gebruik, maar vroeg tegelijk om respect voor het bijzondere karakter. ‘De kerk is meer dan zomaar een dak boven je hoofd’. Wassenaar: ‘De kerk is om te beginnen een huis van God. Afgezonderd voor, ingericht voor de eredienst. Wat mij betreft mag het ook iets breder: de kerk als plaats voor bezinning, voor verdieping, voor zingeving, voor spiritualiteit’.
Hij refereerde aan een artikel uit 2010 gepubliceerd door Regnerus Steensma; het artikel heet ‘Hoe God opnieuw verschijnt in Zeerijp. Vormen van Godsbeleving in een oude kerk’. Hij vertelt daarin onder meer over wat bezoekers van de kerk in Zeerijp in het gastenboek hebben geschreven. Vier items: ‘stilte en rust’, ‘Godsontmoeting’, ‘Verdieping van de protestantse geloofsbeleving’ en ‘Algemene religieuze ervaring’. Wassenaar: ‘U begrijpt: ik wil in dit verband pleiten voor het openstellen van kerken door-de-weeks. Waarom kan dat in het buitenland wel en in Nederland niet?’
Voorzitter Henk van der Wal van de VKB Overijssel-Flevoland overhandigde tijdens de bijeenkomst het eerste exemplaar van de bundel ’91 jaar Provinciale afdeling Overijssel-Flevoland’ aan de classispredikant Klaas van der Kamp. Hij wilde daarmee de goede samenwerking uitdrukken van vereniging en kerkbestuur.
Rik Buddenberg, voorzitter van de Vereniging voor Kerkrentmeesterlijk Beheer, sprak een laudatio uit over de inzet van dr. Jan Dirk Wassenaar, die vijftien jaar lid is geweest van de orgelcommissie van de VKB. Het grootste deel van die tijd trad Wassenaar op als voorzitter. Tijdens zijn voorzitterschap was er een aanscherping van de kerkorde op het gebied van orgelbeheer en er kwam een certificering van orgeladviseurs. Jan Dirk Wassenaar werd onderscheiden met een erepenning van de VKB voor zijn jarenlange arbeid.
Wie het verhaal van Jan Dirk Wassenaar wil lezen, kan hier klikken.
Wie het verhaal van Klaas van der Kamp wil lezen, kan hier klikken.
Foto: Jan Dirk Wassenaar (links) en Rik Buddenberg (rechts).