Kleine gemeenten
Er zijn talloze initiatieven om kleine gemeenten toekomstbestendig te doen zijn.
In de classis Overijssel-Flevoland werkt men aan zo'n visie in Oost-Twente.
Daarover is hieronder een denkrichting te vinden (vanaf de kop 'Regionale kerkenraad')
In de ring klein-Salland is een samenwerkingsovereenkomst tot stand gekomen: klik hier.
En in de Noordoostpolder is er een tien-dorpen-overleg: klik hier.
Ook in andere classes werkt men aan het thema.
Liefst drie classes schreven er een aparte notitie over.
Die zijn hier te vinden:
Vanuit Noord-Holland: klik hier.
Vanuit Veluwe: klik hier.
Vanuit Fryslân: klik hier.
Er is ook een landelijke themapagina over het onderwerp gemaakt: klik hier.
Regionale kerkenraad
De kleine ring in Oost-Twente werkt aan een concept van kerkzijn voor de toekomst. Tijdens een vergadering op 3 februari 2022 kwam er een concept aan de orde, waarbij er op regionaal niveau een gezamenlijke kerkenraad wordt gevormd, die draagvlak geeft aan datgene wat in de diverse leefgemeenschappen plaatsvindt.
Een eerste voorstel van die aard werd door de classispredikant op tafel gelegd. Hij schetste een organogram waarin circa vijf kerkenraden samenwerken, een deel van de kerkenraden wordt veranderd in een huisgemeente en een deel van de kerkenraden gaat op de oude voet verder. De huisgemeenten kunnen met minder dan 7 ambtsdragers toe en kunnen zich concentreren op enkele kerntaken, doordat de formele samenstelling van de kerkenraad in regionaal verband is geregeld.
Het is bij dit concept niet de bedoeling dat de koepel (regionale kerkenraad) alle werkzaamheden uitvoert. De plaatselijke gemeente blijft kerngroepen houden die soms in wisselende samenstelling de werkzaamheden voor haar rekening nemen. Men kan mensen van buitenaf vragen om te helpen bij het opstellen van een jaarrekening of begroting. De feitelijke vaststelling van jaarrekening en begroting vindt plaats in de regionale kerkenraad.
Het model
Toelichting
Oude situatie: Er zijn in dit voorbeeld vijf kerkenraden die elk afzonderlijk bij een concrete eigen gemeente behoren.
Nieuwe situatie: Er zijn nog steeds twee kerkenraden (A en B) die elk afzonderlijk bij een concrete eigen gemeente behoren. Er is in dit model ook een regionale kerkenraad gevormd. De leden daarvan komen uit de gemeenten E, D, C en in ons voorbeeld kunnen ook B en A participeren in de regionale kerkenraad. C, D en E zijn van gemeenten omgevormd tot huisgemeenten en maken onderdeel uit van de regionale kerkenraad.
Bij C, D en E zijn lokale kerngroepen aanwezig, die het werk overnemen van de vroegere kerkenraad. De kerngroepen hoeven niet te bestaan uit ambtsdragers. Ze doen wel al het werk dat in de gemeente (we kunnen ook spreken van leefgemeenschap) moet worden gedaan. Het kan zijn dat huisgemeente (leefgemeenschap) E zich concentreert op liturgie, huisgemeente D zich concentreert op diaconaat en huisgemeente C probeert alle gemeentelijke taken voort te zetten.
De rechtspersoon van C, D en E wordt ondergebracht bij de regionale kerkenraad. Dat kan permanent zijn met een opmerking in een acte dat het rendement van het vermogen en opbrengsten uit huisgemeente C, D en E in de betreffende huisgemeenten worden besteed. Wellicht is het mogelijk om de afspraken nog iets strakker te maken en te zeggen: De rechtspersoon gaat voor vijf jaar naar de regionale kerkenraad, en wordt steeds stilzwijgend verlengd, tenzij de kerngroep van de huisgemeente daartegen bezwaar aantekent.
De kerngroepen zijn gehouden jaarrekening en begroting en eventuele andere formele acta aan te bieden bij de regionale kerkenraad. De regionale kerkenraad stelt zich op als een raad van toezicht en niet als een directie; oftewel: er vindt een marginale toetsing plaats alvorens men tekent en in de plaatselijke regeling staat een arbiter (bijvoorbeeld de CCBB) indien er een verschil van inzicht bestaat tussen kerngroep en regionale kerkenraad.
Qua bemensing zou de regionale kerkenraad kunnen bestaan uit 10 personen aangevuld met de predikanten. De 10 personen zouden kunnen zijn verdeeld over drie verantwoordelijkheden: vier ouderlingen, drie ouderlingen-kerkrentmeester en drie diakenen.
Toepassing
Stel dat je in de regio Oost-Twente dit model gaat toepassen. Je zou kunnen afspreken dat je met vijf gemeenten elk twee ambtsdragers levert plus een predikant. Er is in de huidige situatie al een ringoverleg. Dat bestaat uit ongeveer tien mensen plus de vier predikanten. Door iets nauwkeuriger op de verdeling van de ambten te letten kan je inschuiven in het nieuwe model.
Er waren vooraf twee waarnemingen waarop het overleg behoefte formuleerde aan optimalisering: a) een agenda van het ringoverleg waarop ontwikkeling valt waar te nemen en b) een regeling voor kleine gemeenten die moeite hebben de zeven ambtsdragers te vinden die nodig zijn om een minimum-bezetting van de kerkenraad te hebben.
Het gaat bij dit model in eerste instantie om een perspectief te bieden voor de verdere ontwikkeling van de kleine ring. Je zet een stip op de horizon waar je naar toe kunt werken. Je kan dat formaliseren met een intentieverklaring.
Vervolgens maak je een plaatselijke regeling waarin je verdere afspraken maakt en omgangsvormen.
Gemeenten die de stap maken om de structuur van kerkelijke gemeente los te laten en een nieuwe huisgemeente te stichten hebben een notariële acte nodig waarin duidelijk is verwoord hoe het met de rechten zit.
Natuurlijk zijn er allerlei vragen te bedenken die in het vervolg een plek moeten krijgen; bijvoorbeeld rond de toepassingen bij een predikantsvacature; de latente aanwezigheid van een college; het aantal vergaderingen; de mogelijkheid een rechtspersoon te conditioneren etc. Daarover is verder overleg nodig en verkenning.
Dit is een concept, waarop tientallen varianten te bedenken zijn. Het is nog volop in ontwikkeling. Wil jij als lezer een creatieve duit in het zakje doen? We staan open voor suggesties: k.vanderkamp@protestantsekerk.nl