De Pastor tijdens en na de coronacrisis
Kan de digitale geloofsgestalte zich meten aan de fysieke?
Ds. Ilonka Terlouw
Vraagstelling
Aan mij is de vraag voorgelegd om met jullie het concrete werkveld van de pastor in Corona-tijd te verkennen. Als tweede is mij gevraagd in te gaan op de effecten van deze Coronacrisis voor het predikantswerk hierna. Wat neem je als pastor mee uit deze tijd, qua ervaring of methodiek? Of gaat alles straks weer terug naar het oude?
De pastor in Corona-crisis: werkeloosheid
De avond dat de eerste serieuze corona maatregelen werden afgekondigd, herinner ik me nog goed: Donderdagavond 12 maart. Ik belde met het moderamen en binnen een uur was duidelijk dat de kerkdienst die zondag niet door zou gaan. De overheidsmaatregelen volgden zich in rap tempo op. In de week erna hoefde ik geen catechese meer te geven; huisbezoeken en vergaderingen werden opgeschort. Binnen enkele dagen zat ik werkeloos thuis, mét twee kleine kinderen die niet naar de opvang mochten, noch naar school, noch naar hun opa’s of oma’s. Het werk van een predikant wordt vaak ingedeeld in vier werkvelden: Eredienst, pastoraat, gemeente opbouw en organisatie & beleid. Alle vier vielen ze stil.
Twee rollen als pastor in Tollebeek
- Rol als leider & initiator: Gestalte geven aan de verbondenheid in Christus
Als ik vervolgens kijk naar het werk dat ik in de weken erna heb opgepakt, dan moet ik vaststellen dat die vier werkvelden uit mijn werkplan geen bruikbaar kader boden. Laat ik het zo zeggen: Ik heb niet getracht om voor alle gebruikelijke activiteiten een digitaal alternatief op te zetten. Ik heb gekeken naar waar behoefte aan was en waar ik mij als predikant toe geroepen voelde. Als ik terugblik, zie ik vooral twee rollen die ik op me heb genomen.
Enerzijds is mijn rol al leider sterk op de voorgrond komen te staan. In Tollebeek viel het kerkenwerk stil en bleef het stil. Ik nam de leiding op me en werd ook initiator. Als predikant voelde ik me gedreven namelijk om – juist in deze vreemde en vervreemdende tijd, waarin al het gemeentewérk teloor leek te gaan – gestalte te geven aan onze verbondenheid in Christus.
Drie activiteiten waren daarvoor in het bijzonder een belangrijk middel: De online kerkdiensten, een goede digitale nieuwsbrief, en een grootschalige Paasactie waarbij honderden bossen tulpen in Tollebeek en omgeving zijn bezorgd.
Online kerkdiensten. De vier online kerkdiensten die we hebben gemaakt, creëerden inderdaad een sterk gevoel van verbondenheid. Mensen waren ontroerd. De diensten speelden in op de actualiteiten en verbonden die met ons geloof. Daarnaast heb ik sterk ingezet op het inschakelen en in beeld brengen van gemeenteleden, om zo onze concrete gemeenschap zichtbaar te maken en in herinnering te brengen.
Gemeentemail. Ook via de gemeentemail zette ik in op het versterken van onze verbondenheid in Christus, allereerst door deze te benoemen maar ook door haar via nieuwe wegen vorm te geven. Ik nam bijvoorbeeld een vlog op met een gebed voor de gemeente, maar nodigde ook gemeenteleden uit te reageren en hun vlogs in te sturen.
Door mijn voortrekkersrol heb ik de Corona-crisis ervaren als een intensieve en tegelijk ook wel eenzame tijd. Ik heb ongelofelijk veel mensen gebeld en gemaild om online diensten en activiteiten rondom de diensten op touw te zetten. Tegelijk had ik daarin een verbindende rol en heb ik in het zoeken naar de verbinding ook mooie ervaringen opgedaan met vaak andere mensen in de kerk dan gebruikelijk.
- Geroepen door God tot de dienst van genade & barmhartigheid
Het tweede wat voor mij bepalend was als ‘pastor in Corona-crisis’ is het geroepen zijn door God. Telkens weer ervaar ik, bij al dat geregel en georganiseer, dat een stem in mij zegt: denk en werk vanuit je ambt als predikant. Je bent geroepen door God: waar roept Hij je toe in deze tijd? De afgelopen jaren heb ik me in Tollebeek bijvoorbeeld sterk geroepen geweten tot bidden voor en het op gang brengen van gebed in de gemeente. Maar de afgelopen weken lag, wat ik noem, de dienst van genade en barmhartigheid sterk op mijn hart. In deze tijd die zoveel van mensen vraagt op zoveel vlakken van het leven, heeft de kerkenraad en gemeente genade en barmhartigheid nodig.
Cruciaal & centraal aandachtspunt (leerpunt?): Context Matters!
Een dergelijk roepingsbesef groeit door een combinatie van persoonlijke spiritualiteit en reflectie over de situatie waarin de gemeente verkeerd. Eén van de eerste waarnemingen die mij bezighielden, was dat de impact van de Corona-crisis op de levens van mensen enorm verschilt. Context matters – meer dan ooit.
Mijn situatie, met twee kleine kinderen thuis, is totaal onvergelijkbaar met die van onze voorzitter. Hij is directeur van twee verpleegtehuizen en werd opgeslokt door crisisberaden. Onze scriba verloor na de eerste maand van de Corona crisis zijn schoonvader; onze voorzitter diaconie is daarentegen akkerbouwer en ondervindt tot op de dag van vandaag nauwelijks gevolgen van enige Corona maatregel. Zulke verschillen maken dat overleg onverwachts moeizaam kan verlopen, dat visies over wat de kerk te doen staat 180 graden uiteen kunnen lopen, dat er naast toewijding ook passiviteit ontstaat – kun je wel bloemen rondbrengen? Stel je voor dat die het virus overdragen! – ’t is al snel spitsroeden lopen, onbegrip groeit. Etc. etc.
Niet alleen mijn professionele competentie doet er in die situaties toe, maar ook ‘wijsheid van Boven bemiddelen’ behoort dan tot mijn opdracht. In dit geval voor mij: de gemeente voorgaan in genade en barmhartigheid. Genade voor wie star is, barmhartigheid voor wie de kerk in Corona tijd verstek laat gaan, enz. enz.
Pastor ná de Corona-crisis: verlangen naar verandering
Als ik terugkijk op de afgelopen maanden, dan moet ik eerlijk wezen dat ik uitzie naar verandering.
Uitgangspunt: Geloof moet geleefd worden
Het is mijn overtuiging, dat de verbondenheid in Christus niet verengd kan worden tot een sec innerlijk-geestelijke waarheid; en zeker niet verengd mág worden tot louter digitale aangelegenheid. De verbondenheid in Christus heeft ook te maken met de fysieke gemeenschap van mensen in al hun weerbarstige diversiteit.
Als praktisch theoloog ligt de concrete realiteit van het leven van alledag me na aan het hart. En ik zou het een Corona-risico willen noemen, dat het geloof en de gemeenschap door de digitalisering een slap aftreksel worden van dat waar het om gaat. Als predikant wil ik ervoor waken, dat geloven verwordt tot een uurtje tv-kijken op zondagochtend, in plaats van een geleefde realiteit die verweven is met heel je menszijn én met andere mensenlevens. We zijn immers geroepen tot liefhebben met heel onze ziel, hart, kracht en verstand, met heel ons wezen. Of zoals de Psalmist aangeeft: onze ziel smacht, maar ook ons lichaam hunkert naar God.
Juist de laatste decennia is er al meer aandacht gekomen voor de fysieke, actieve en zintuigelijke kant van geloven en van de kracht die daarvan uitgaat: van aanraking, van participatie in rituelen, van de legitieme rol van zintuigelijke ervaring in het geloofsleven. De evangelische en charismatische bewegingen hebben daar hun steentje aan bijgedragen, maar ook de ontwikkelingen in de cultuur. Het zou een verschraling van het geloof betekenen als deze verworvenheden teloor gaan.
Wat ik meeneem uit deze crisis
Dat gezegd hebbende, wil ik een rijtje van zes punten noemen, die ik meeneem uit deze crisistijd.
- Hervatten samenkomen & persoonlijke ontmoeting
Als eerste, zal ik mij inzetten voor het hervatten van het oude en vertrouwde samenkomen, dopen, handen opleggen. Dat alles doet ertoe. De digitale gestalte van het geloof kan m.i. de fysieke niet vervangen. Ook persoonlijke ontmoeting blijft onvervangbaar, ook voor het feeling houden met de gemeente.
- Ruimte voor nieuwe wegen
Tegelijk heeft de Corona-crisis laten zien dat wij als gemeenschap ons niet hoeven te laten begrenzen door de vier muren van ons kerkgebouw. De ruimte nieuwe wegen in te slaan is voor mij een aansprekend gegeven. Dat zal ik vast houden in mijn werk. Ook in de erediensten.
- Vasthouden van digitale gemeenteleden
Daarbij zou het zonde en mijns inziens onmogelijk zijn om de digitaliseringsslag die gemaakt is ongedaan te maken. In mijn toekomstig werk zal ik daar rekening mee houden en ook werk aan hebben. Hier liggen tegelijk ook mogelijkheden die de kerk toegankelijker en toekomstbestendiger maken.
- Aandacht voor mensen in hun context (& mensen-management)
De Corona-crisis is voor mij een oefening geweest in het bereiken van mensenharten op afstand. Op dat vlak ben ik nog lang niet uitgeleerd. Die uitdaging neem ik mee de toekomst in: hoe belangrijk én moeilijk het is aandacht te hebben voor mensen in hun situatie. En: Hoe hou ik feeling met mensen die, op welke manier dan ook, op afstand van de gemeente staan?
- Teamverband & geestelijk leiderschap
Ik hoop te werken aan een situatie waarin het kerkenwerk weer minder op mij rust. Ik zoek naar een nieuwe balans waarin werken in teamverband de toon zet – dat zet de gemeente en haar leden veel meer hun kracht – maar waarin ik tegelijk als geestelijk leider en verbinder verschil kan en mag maken.
- Waar de Geest leidt…
Wat voor mij hetzelfde blijft – ten zesde en daarmee sluit ik af – is dat elke tijd vraagt om situationele wijsheid die je vaak enkel van Boven gegeven kan worden. Dat is de zoektocht die wat mij betreft altijd de toon zou mogen zetten. Het is een deel van mijn predikantswerk dat door de Corona-crisis hernieuwd voor het voetlicht is getreden.