Een vlieger
- column oktober 2020, voor RTV-Oost, ziezozondag, gelezen in de streektaal -
Dierendag ligt al weer een week achter ons. Dat wil niet zeggen dat we de dieren weer aan hun lot kunnen overlaten*. Als wij aanrommelen in de natuur, sterven de diersoorten uit. Dieren kunnen zelfs corona krijgen. Een Britse universiteit heeft dat uitgezocht. Allerlei zoogdieren lopen dat risico’s; schapen, katten, honden, konijnen en natuurlijk apen.
Dieren hebben meer in hun mars dan alleen instincten. Er loopt een prof. Leonie Cornips rond, die doorgeleerd heeft op de grammatica van koeien. Als de boer langskomt, heeft ze uitgezocht, laten koeien een laag, brommend geluid horen. Dat is ‘goedendag’. En als koeien kalveren gaat het stemgeluid omhoog. ‘Au, au’, betekent het.
Dat de dieren slim zijn, weten we uit de bijbel. De bijbel neemt de dieren als voorbeeld voor ons, mensen. In Spreuken bijvoorbeeld (Spreuken 6: 6-8): ‘Jij luilak, kijk naar de mieren. Kijk wat ze doen. Wordt er wijzer van. Een aanvoerder hebben ze niet. Geen baas. Geen leider. Ze maken bij zomerdag hun voorraad klaar. Ze verzamelen in de oogsttijd hun voedsel’* .
Dieren zijn gevoelig. Ik ontdekte dat onlangs, toen ik langs het gemeentehuis in Kampen fietste. Boven het stadhuis zwierde een vlieger. Ik dacht eerst dat hij van een kind was op het plein. Toen ik beter keek, zag ik dat de vlieger aan een stok op het dak van het gemeentehuis stond. Ik was nieuwsgierig. Dus ik stapte het gemeentehuis in en vroeg naar gebouwenbeheer. ‘Wat doet dat ding daar*?’, vroeg ik.
Een man vertelde: ‘Ik stond pas op het dak. En ik zag dat de zonnepanelen vies waren. Er zat stront op van meeuwen. Ik heb de plaagdierenbestrijding gebeld. Die kwam kijken. Hij wist een goedkope oplossing. Een vlieger in de vorm van een roofvogel. Dat zou de meeuwen op afstand houden. Ik heb hem voor 12 euro gekocht en ik moet zeggen: de vlieger voldoet uitstekend’.
Ik ben er blij mee*. Het doet me denken aan een kerk in Zwolle waar ze last hadden van een steenmarter. Het beest vrat zelfs elektriciteitskabels door. En het* stonk drie uur in de wind. Het kerkbeheer zag ook af van gift. Het ontdekte dat het dier een hekel heeft aan muziek. Dat is een diervriendelijke manier. Van Mozart tot Vivaldi. Het dier blijft uit de buurt*.
Misschien zegt u*, luisteraar: ‘Die meeuwen in Kampen zijn dom. Ze zien niet het verschil tussen een roofvogel en een vlieger’. Maar vergis je niet. De gemeenteambtenaar vertelde me dat ze af en toe de vlieger moeten verplaatsen. Want op een gegeven ogenblik hebben de meeuwen het foefje in de gaten. Ze gaan dan op de plaatsen zitten net buiten de draaicirkel van het touw.
Uiteindelijk is er maar één medicijn dat duurzaam werkt. Dat zijn wij, mensen. Als de mensen in het park niet zoveel etensresten achterlaten, verdwijnen de meeuwen vanzelf.
De column wordt op RTV-Oost in de Saksische streektaal gelezen. Hieronder staan enkele markante woordvariaties zoals ze in het Saksisch klinken:
* ‘weer kunn’n loat’n verguppen’.
* ‘Iej luilak, goa es kieken biej de miegempe. Kiek es wat ze döt. Wordt der wiezer van. Een anvoerder hef ze nie. Gin boas. Gin veurman. Ze maakn met de zomerdag heur veurroad in odder. Ze gaddert in de oogsttied ’t vreetn bi’j mekare’.
* döörgunder.
* merakels.
* Ik ben dr so bli’j mee as een veugeltien.
* ‘de smeerdodde’
* ‘kön d’r niet bi’j ädden’.
* ie.