Foto: Lichtjes met symbolische betekenis (associatieve foto uit archief)

Lichtjesavond voor heel het dorp


Steeds meer kerken betrekken de hele woongemeenschap om de kerk bij de herdenking van de overledenen. Een goed voorbeeld is het dorp Oldemarkt, waar protestants, rooms-katholiek, seculier en nu ook hervormd samen een lichtjesavond organiseren voor iedereen die geliefde mensen heeft moeten loslaten. Onder het motto ‘Kerk in het dorp’ organiseert men de avond op 15 november vanaf 19 uur. Er is bezinning, er zijn gedichten, verhalen, gelegenheid om waxine-lichtjes aan te steken en ruimte om met elkaar na te praten.

Je ziet op meer plaatsen dat rooms-katholieken en protestantse gemeenschappen samen optrekken rond de herdenking van overledenen. In de Rooms-Katholieke Kerk kent men op 2 november Allerzielen, een dag om stil te staan bij de overleden familieleden. In protestantse kring staat men stil bij de overleden familieleden op eeuwigheidszondag, saecula saeculorum. Het is de laatste zondag van het kerkelijk jaar. Een week later begint de nieuwe cyclus met de eerste adventszondag. De naam eeuwigheidszondag wijst op de begrenzing en het hier en nu. De kerk viert op deze zondag dat Christus de koning is, die regeert over de grens van de dood heen.

De wortels van eeuwigheidszondag liggen in Duitsland. De Pruisische koning Frederik Willem III bepaalde in 1816 dat de dag in zijn gebied een ‘algemeen christelijk feest ter herinnering aan de overledenen’ moest zijn. De Duitse landskerken hebben deze ‘dodenzondag’ overgenomen. In de kerkboeken kreeg deze zondag dan ook vaak een andere naam, bijvoorbeeld ”eeuwigheidszondag”.

De wortels van Allerzielen gaan terug op de Rooms-Katholieke Kerk. Het Benedictijnse klooster van Cluny liet Allerzielen voor het eerst vieren in 998.

De verbreding heden ten dage naar de hele woongemeenschap sluit aan bij een breed verlangen mensen die zijn overleden recht te doen in woorden, gedachten en rituelen.