Foto: Heidi Kramer drukt de hand van Esther Pierik (rechts), omdat ze in een andere werkgemeenschap gaat werken in 2025; Esther is één van de gecertificeerde bibliologen

Gecertificeerde bibliologen

Er zijn inmiddels ongeveer zestig personen in Nederland die het certificaat ‘biblioloog’ hebben. Dat vertelde Esther Pierik uit Steenwijk (werkzaam in de protestantse gemeente te Oldemarkt) in de werkgemeenschap van De Kop van Overijssel op 13  november 2024.

Een biblioloog is een in Duitsland ontwikkelde, aan bibliodrama verwante korte en laagdrempelige vorm van bijbeluitleg. De basistechniek bestaat uit ‘echo’ en ‘interview’. Daarnaast zorgt een biblioloog er als groepsleider voor dat er een tekst is gekozen en dat hij of zij de tekst kan inleiden, begeleiden en afronden. De Protestantse Theologische Universiteit biedt de basiscursus aan, goed voor 2 ECTS (studiepunten). Berit Bootsma, Birte Papenhausen en Annette Merz bieden de training aan in het Dominicanenklooster in Huissen in het najaar 2025 (Klik hier).

Esther Pierik vertelde in de werkgemeenschap hoe zo’n bibliologische aanpak concreet kan werken. Je maakt allereerst onderscheid tussen het zwarte vuur (de tekst die gedrukt op papier staat) en het witte vuur (de witregels die tussen de gedrukte tekst zijn verondersteld). Je kunt vragen naar gevoelens, waardoor een reactie nooit verkeerd is. 

Zelf was ze onlangs actief met een groep rond de bruiloft in Kana. Esther gaf een voorbeeld van de vragen die ze stelde. Zij las de tekst met de groep tot het moment dat Jezus uitspreekt: ‘Vrouw, wat heb ik met u van doen?’ Daar stopte zij en vroeg de groep om de gevoelens van Maria in de ik-vorm te verwoorden; iemand zou bijvoorbeeld kunnen zeggen: ‘Ik voel me op mijn plaats gezet’. Na enkele reacties gaat het verhaal verder en stopt het bij voorbeeld bij de bediende die het water in de kan moet presenteren bij de ceremoniemeester. Iemand zou kunnen reageren: ‘Ik vond dat best een spannend moment’. Nog andere reacties kunnen volgen. Als je zo enkele haltes in de tekst hebt ingebouwd, lees je de tekst in zijn geheel nog weer een keer voor. Al met al duurt de werkvorm ongeveer 20 minuten. Het is een vorm, verwoordde Esther Pierik, die je in de plaats van de preek kunt toepassen of ook met kinderen kunt uitvoeren.