Vraag aan Rutte

Ik vind het een prachtige invulling van Hervormingsdag. Ik heb het over de protestantse kerk die minister-president Rutte bereid heeft gevonden de jaarlijkse protestantse lezing uit te spreken. Zijn toespraak is voor iedereen toegankelijk, omdat het een digitale uitzending betreft. En ik heb begrepen dat je ook vragen mag insturen. Die kans laat ik niet voorbij gaan.

Rutte spreekt over het thema: ‘Is een goed leven een perfect leven?’ Ik heb een vraag bedacht die direct aansluit bij de keus van het ministerie van binnenlandse zaken in 2018 om een convenant te sluiten over het gebruik van het Nedersaksisch. Het lijkt me goed als Rutte daar op aansluit en zich in positieve bewoordingen uitlaat over de streektaal. Daarom heb ik als vraag naar hem toegestuurd: ‘Bent u met ons van mening dat de veeltaligheid in Nederland het besef van ‘een goed leven’ kan bevorderen en dat bijvoorbeeld het gebruik van Nedersaksisch het aanvoelen van het begrip ‘een goed leven’ kan stimuleren?’


Ik heb de vraag als volgt toegelicht. Het Nedersaksisch wordt in Nederland door anderhalf miljoen mensen gesproken in het gebied van Stellingwarf (Stellingwerf) tot Enske (Enschede). Het woordenboek van het Nedersaksisch heeft geen letterlijke vertaling voor ‘perfect leven’. Als een Tukker of een Sallander iets wil zeggen over ‘een goed leven’ of ‘een perfect leven’ zal hij/zij zeggen: ‘Ut leem is zo gek nog niet’ (letterlijk: 'het leven is zo gek nog niet’).
Met die uitdrukking laat de Saks zien vanuit welke intentie hij/zij leeft. Je neemt jezelf niet als centrum van de wereld, maar je stelt je open voor datgene wat anderen naar voren brengen. Je kent jezelf. Je weet van eigen tekortkomingen. En je beseft dat inspanningen wenselijk zijn, maar tegelijk stukwerk blijven. Het idee dat je prestaties goddelijke allure hebben is de Saks vreemd. Je kan hoogstens zeggen dat het niet tegenvalt.


En misschien nog wel belangrijker dan de prestaties zijn de relaties. Want de Saksische taal is vooral een relationele taal. Mensen met al te veel poeha noem je ‘droosjesmakers’. Je spreekt iedereen aan met 'oe' en 'ie' (dus 'jij'). Want of je nu mantelzorger bent zonder betaald inkomen of koning van een land; je beseft allen dat je niet onfeilbaar bent. En je spreekt niet over ‘perfecte mensen’. Wie de status van ‘good folk’ haalt, brengt het er al netjes van af.

Nu dus 31 oktober kijken.


Archieffoto: Harrie Scholtmeijer, de man die veel onderbouwing heeft gegeven aan het Nedersaksisch, tijdens de presentatie van een recente uitgave om het Nedersaksisch te populariseren: 'Nedersaksisch in een notendop'