Van Mastenbroek naar Peru
Als je komt aanlopen om in Mastenbroek naar de kerk te gaan, zie je in één oogopslag dat de gemeenteleden uit de weidse omtrek naar het iets hoger gelegen kerkje komen. Slechts een kleine kern van huizen omzoomt de monumentale kerk. Bijna alle kerkgangers komen met de auto. De fietsen tegen het hek van het kerkhof zijn op de vingers van één hand te tellen. De auto’s zijn goed gevuld. Het zijn hele gezinnen die hier naar de kerk komen. Ze rollen één voor één de auto uit. En na afloop merk je dat het hele gezin geduldig wacht tot ook de laatste twee pubers van het gezin hun social talk met vrienden hebben afgerond met een ‘Nou ’t beste’. Het zal de regelmatige bezoeker niet opvallen, maar de toevallige passant ziet onmiddellijk hoe wonderlijk de auto’s zijn geparkeerd: ze staan allemaal gedraaid met de voorkant naar de weg; klaar om weer weg te rijden. Het lijkt een trademark van gemeenten met leden uit de wijde omgeving, in Rouveen zie je precies hetzelfde.
De kerk is goed gevuld, als ik binnenkom. Er is nog net een plekje te vinden in één van de zijbanken. Nog net even tijd om de sfeer van de kerk in te ademen, waarvan de eerste versie teruggaat op de Middeleeuwen (1364-1369). Na een onrustige periode kreeg de gemeente in 1595 haar eerste protestantse dominee. En ondanks alle kerkscheuringen die zich in de rest van Nederland nadien nog hebben aangediend, bleek de sociale gemeenschap van Mastenbroek sterk genoeg om ook de kerkelijke eenheid te dragen. ‘Tot op de dag van vandaag is de hervormde kerk de enige kerk in de polder’, aldus de website, ‘waarin de diverse gelovigen samen de ene naam van Jezus Christus belijden mogen’.
Ds. Gerrit Nijland is er in 2014 gekomen als predikant. Hij woont in de opvallende pastorie op slechts één dijk afstand van de kerk. De pastorie oogt representatief vanaf de weg, als je binnen staat zijn het vooral de uitgestrekte landerijen van de boeren en boerinnen waarlangs het oog gaat. Gerrit Nijland heeft een bijzonder curriculum; hij was lange tijd toerustingspredikant voor de GZB in Peru. De herinneringen komen boven op het moment dat een ouderling de afkondigingen doet. Het gaat over enkele echtparen die hun huwelijksjubileum vieren, 55 jaar, 59 jaar. Het gaat over het resultaat van een eieractie (1500 euro) en het gaat ook over een aanstaande studiereis van de eigen predikant, even terug naar Peru, waar hij twee weken les zal geven. Twee weken nostalgie, twee weken puur Spaans spreken ook.
De hervormde gemeente Mastenbroek is een gemeente waar men naast de psalmen uit 1773 teksten zingt uit andere bundels. Voor de dienst klinkt een lied uit Op Toonhoogte (ooit gelanceerd door de HGJB) met de titel ‘Wereldnieuws’. Het is één van de kinderliederen in de bundel. Dan gaat de dominee de kansel op, niet in toga zoals je vaak ziet in hervormde gemeenten, maar in een gepast kostuum. De liturgie is vertrouwd, er is geen specifieke wetslezing of geloofsbelijdenis; daarentegen zijn er verschillende bijbellezingen. Allemaal uit Mattheüs. De dienst gaat over het zendingsbevel in het slothoofdstuk van Mattheüs: ‘Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde’, een weergave uit de Herziene Statenvertaling.
‘Het is 74 jaar geleden dat er een einde kwam aan de verschrikkelijke tweede wereldoorlog’, zo zet de preek in. Het is – op het moment dat ik de kerk bezoek – vijf mei, bevrijdingsdag. De voorganger herinnert de jongeren die volop in de kerk aanwezig zijn aan een monument bij één van de Mastenbroeker weteringen, een steen is het eigenlijk, die de gedenkplaats markeert waar zeven jonge mannen in de leeftijd van 19 tot 23 jaar het leven hebben gelaten, toen hun vliegtuig neerstortte. Zij vielen voor de vrijheid. Dan maakt de voorganger een bruggetje naar Dietrich Bonhoeffer, die op 9 april 1945 kort voor het einde van de oorlog werd vermoord. Bonhoeffer was eerder teruggekeerd vanuit de Verenigde Staten, omdat hij zag hoezeer de samenleving ontspoorde door kwade machten. Tegelijk wist hij – getuige zijn lied dat vaak met oudejaarsavond wordt gezongen – van goede machten die een mens kan ervaren. De voorganger tekende een zelfde spanningsveld voor Jezus en zijn discipelen. Enerzijds de kwade machten van bijvoorbeeld afgoderij, anderzijds de macht van Jezus om mensen te genezen, om wonderen te verrichten, om de gang naar het kruis te maken en te zeggen: ‘Het is volbracht’. Zo staan mensen vandaag de dag in de spanningsboog tussen het ‘reeds’ en het ‘nog niet’. Of om het met een bekend beeld te zeggen: Het is D-day geweest, maar nog geen Victory-day.
Voorafgaand aan de preek wordt er een psalm gezongen, psalm 145, en wordt er collecte gehouden. Volgend op de preek klinken er enkele teksten uit Mattheüs en is er een voorbede. De gebedsintenties zijn persoonlijk. Natuurlijk wordt er gebeden voor de mensen die de huwelijksjubilea mogen vieren. En voor de jongeren die voor de examens staan. Voor mensen die het moeilijk hebben in Venezuela. En voor de mensen die op reis zijn, uiteindelijk ook voor de reis die de predikant zelf een dag later aanvangt. In de dienst zijn twee liederen gezongen uit de bundel Uit aller mond. Het sluit ook af met een lied uit deze bundel, maar dat is het lied wat uit talloze andere bundels gekozen had kunnen worden: Het Wilhelmus in de verzen 1 en 6. Nagenoeg alle mensen kunnen het zingen zonder een tekst in te kijken.
Na afloop schiet ik nog even de galerij op. Ik had net onder het orgel gezeten in de vrij lange kerk. Ik hoorde boven me enig geschuif en zag dat er inderdaad vooral jeugd van de kraak afkwam. Boven trof ik de organiste Annemarie van den Berg-Kattenberg. Ze had twee jongens bij zich, respectievelijk rechts en links van haar. ‘Vandaag had ik twee registranten bij me’, zei ze, en ze wijst naar de twee jongens naast haar, van wie er één de vrouw wat terzijde schuift en zelf de handen op het bovenste klavier legt. Er klinken volle slotakkoorden door de gewelven van de kerk.
Foto's:
Boven gezicht van achter uit de kerk
Onder de kraak met het orgel
Voorpagina: auto's voor de kerk