Directieve rol van visitatie
Hoe directief ben je als visitator? Om die vraag cirkelde een discussie in het breed-moderamen van de classis Overijssel-Flevoland op vrijdag 17 mei.
Ds. Henk Spit, voorzitter van het college van visitatoren in Overijssel-Flevoland, verzorgde een meditatieve opening. Hij ging in op het bijbelfragment waarin de herder en de kudde ter sprake komen. Hij vertelde ooit het idee te hebben gehad dat de herder voor de kudde uitging. Dat veranderde toen hij ooit een documentaire zag, waarop een schaapherder in beeld kwam, die niet voorop liep, maar achter de kudde aan. Alleen bij een obstakel, bijvoorbeeld als de kudde door een tunnel onder een weg door moest, ging de herder even voorop. De correctie van de herder heeft dus niet met agressie te maken, maar met het zoeken naar welzijn voor de kudde. De stok en de staf gebruikt hij dan ook niet om een schaap te slaan, maar om de wilde dieren weg te houden. Een zelfde analyse kan je maken bij de herdershond. De hond rent wel naar een schaap toe wat afdwaalt, maar hij blaft daar niet. Hij herinnert het schaap aan de noodzaak bij de kudde heil te zoeken.
De metaforen laten zich makkelijk overdragen op de rol die visitatie heeft te spelen. Je reikt vooral een lonkend perspectief aan en de herinnering aan de vraag waar het eigenlijk om gaat in de kerk. ‘Het gaat niet om mijn gelijk, het gaat om ons gezamenlijk geluk’, citeerde iemand een analist van de visitatie.
Ter vergadering was een artikel meegestuurd van Jan Dirk Wassenaar, die de rol van de visitatie analyseert over een langere tijd. Hij heeft aan die weergave de titel meegegeven ‘Vergeet je bagage niet’. Daarmee laat hij zien hoe de visitatie gedurende een lange reeks van jaren de elementen van pastoraat en opzicht verbindt. Ds. Lieuwe Giethoorn, die als gast bij de vergadering aanwezig was vanuit de landelijke kerk, maakte daarbij nog weer onderscheid tussen opzicht en tucht. Opzicht is voor hem het herinneren aan het wezen van de kerk; het gaat om het gesprek, waarin mensen al pratend elkaar inscherpen voor het maken van onderscheid tussen hoofd- en bijzaken. Tucht is iets anders, heeft te maken met het nemen van maatregelen; is iets waar de verschillende colleges voor zijn georganiseerd, zoals opzicht en bezwaren en geschillen. ‘Visitatie zet een raam open bij de gemeenten en stelt vragen over het wezen van de kerk. De visitatie maakt verhoudingen transparant’.
Giethoorn vertelde dat Kerk2025 een deel van opzicht ook bij de ambtelijke vergadering van de classis heeft neergelegd. Bekend is daarbij de term van de doorzettingsmacht. Giethoorn refereerde aan art. 4.16.4. van de kerkorde. Er kan sprake zijn van doorzettingsmacht als de classispredikant de visitatie inschakelt, deze een verslag maakt en uiteindelijk het breed-moderamen die maatregelen doorzet die een gemeente nodig heeft om goed te functioneren. Het moge duidelijk zijn, dat er verder is gediscussieerd over de toepasbaarheid van deze interpretatie. Je wilt immers als meerdere ambtelijke vergadering (breed-moderamen van de classis) een mindere vergadering (kerkenraad) niet voor de voeten lopen. Maar wat doe je als enkele mensen in een kerkenraad het beleid en de omgangsvormen scheeftrekken? Lieuwe Giethoorn moedigde de leden van het breed-moderamen aan om in een voorkomend geval door te zetten en de mogelijk volgende procedure bij bezwaren en geschillen voor lief te nemen. Je hebt nu eenmaal jurisprudentie nodig om precies te weten hoe ver je wel en hoe ver je niet moet gaan in de toepassing van een kerkorde-artikel.
Lieuwe Giethoorn was speciaal naar het breed-moderamen gekomen om door te spreken over de ervaringen van de nieuwe classis, ongeveer een jaar na de oprichting. Hij kreeg te horen hoe druk met name de scribae zijn om alles in goede banen te laten verlopen. Daar waar er contacten liggen met de landelijke organisatie is het soms wat zoeken naar de goede knoppen. Een concreet lastig thema vormde de uitnodiging te considereren, waar het breed-moderamen de indruk heeft dat nogal wat plaatselijke kerkenraden nooit de digitale uitnodiging hebben ontvangen met de daarbij behorende stukken.
Natuurlijk waren er de nodige praktische handelingen te verrichten bij het breed-moderamen; het ging over approbaties, wijzigingen van plaatselijke regelingen, de noodzaak werkplannen op te stellen bij parttime-invulling van een predikantsvacature, het terugbrengen van normbijdragen, het toestaan van sacramentele bevoegdheden aan een kerkelijk werker, het vaststellen van een soort redactiestatuut voor de website van de classis en de agenda van de classicale vergadering op 28 mei. Daar komen onder meer aan de orde: het concept-beleidsplan, een voorstel voor een oecumenische structuur in de regio, de handelingen van het breed-moderamen en de classispredikant in de achterliggende periode en de dorpskerkbeweging.
Foto: Het breed-moderamen van de classis Overijssel-Flevoland is vooralsnog een aangelegenheid van mannen, met in het gezicht links de voorzitter ds. Hans van Solkema en daarnaast rechts ds. Lieuwe Giethoorn.