Rekening van landbouwcrisis hoort bij hele keten te liggen
De hele voedselketen is verantwoordelijk voor de huidige landbouwcrisis. De stikstofvragen worden nu bij de boeren neergelegd, maar ook de veevoederproducenten spelen een rol en de banken die hun financiële eisen stellen en uiteindelijk ook de consument die slechts 9 tot 10 procent van het beschikbare budget aan voedsel uitgeeft, terwijl dat ooit 50 tot 60 procent is geweest. We hebben met zijn allen dit systeem gecreëerd en het is niet reëel de rekening daarvan eenzijdig bij de boeren neer te leggen.
Dat was een teneur in de bespreking van de landbouwcrisis in het breed moderamen van de classis op 8 juli. Je moet ook vragen stellen, vulde een lid van het breed moderamen aan, naar wat de banken hebben gedaan, naar wat Wageningen deed en natuurlijk naar de richting die de politiek heeft gewezen. ‘Men wilde alleen maar meer, meer, meer. Wat hebben we met ons rentmeesterschap gedaan?’ Er werd op gewezen, dat de boeren nu als zondebok worden aangewezen, zoals dat eerder ook al de vissers overkwam. ‘Deze beroepsgroepen zijn juist opgejut door de overheid’. De prijzen die de consument betaalt, zijn onverantwoord laag en de maatschappelijke kosten van biodiversiteit worden niet doorberekend in de supermarkten. ‘Ondertussen gaan de aandeelhouders er met de winsten vandoor’.
Het breed moderamen sprak verder over de vraag naar de verantwoordelijkheid van de kerken om zich hier kritisch over uit te laten. Een lid van het breed moderamen sprak over een pastorale verantwoordelijkheid. Hij vond het belangrijk naar de boeren te luisteren. Anderen noemden dat wat aan de magere kant; het is ook van belang een spiegel te bieden aan mensen in de kerk en in de samenleving. Op tafel lag een artikel van ds. Ad van Nieuwpoort die de vraag stelde in hoeverre je het verhaal van de wijngaard van Naboth als een doorkijkje kan lezen naar de huidige situatie. Van Nieuwpoort noemde het zinvol je te laten inspireren door dergelijke verhalen, tegelijk maakte hij een voorbehoud: Het gaat in het verhaal van Naboth over de vraag of je van een wijngaard een moestuin kan maken; en met de vragen over stikstof en natuurrisico’s zit je in een ander chapiter.
Verschillende leden van het breed moderamen noemden bijbelfragmenten als die van het jubeljaar en de barmhartige Samaritaan waarin je lijnen kunt vinden naar de huidige situatie. Voorwaarde is wel, dat je affiniteit hebt met de vragen van de boeren; de startpositie is van belang bij de hermeneutiek (vertaalslag die je maakt). Een predikant verwoordde: ‘Ik probeer rekening te houden met alle mensen in mijn gemeente. Ik bid voor de boeren en ook voor de mensen die zich zorgen maken over het milieu en ook voor onszelf; wij die zo gemakkelijk van alle luxe een graantje willen meepikken’.
Janny Bunschoten, ouderling vanuit Flevoland, verzorgde de opening van de vergadering. Zij benoemde een viertal mogelijke houdingen in vraagstukken: die van een realist, een romanticus en een optimist; zij zocht zelf een vierde weg, namelijk die van de hoop. In het gesprek over de boerenvragen werd daarop teruggegrepen. De hoop is een perspectief waarin diverse bevolkingsgroepen zich kunnen verenigen.
Klachtencommissies
Het breed moderamen besprak enkele situaties die voor klachtencommissies aan de orde zijn geweest. Het gaat dan om zaken als: in hoeverre kan je als buitenstaander een college van visitatoren verplichten tot acties? In hoeverre kan je een breed moderamen aansprakelijk stellen voor kosten als je zelf onhandig hebt geopereerd? Het breed moderamen besloot tot een brief aan landelijke organen over eenduidigheid in protocollen en om verbeterde overeenkomsten die de gemeente kan gebruiken bij het afsluiten van hulpdiensten.
Het breed moderamen gaat de kerkenraden aanschrijven over de ringen. Het is de bedoeling om meer structuur in de ringen te brengen. Verder werd besloten tot een periodiek overleg met de commissarissen van de koning, waarbij onder meer de stikstofproblematiek aan de orde zal komen. De kringen van kerken worden dit najaar bij elkaar geroepen bij de regionale omroepen. En er komt een middag voor zorgpastores op 13 oktober in Almelo. Een voorstel om deze verantwoordelijkheid als classis te laten schieten, werd niet overgenomen. Wel zal worden gepeild of de zorgpastores de contacten met de kerk als zinvol ervaren en als ‘voor herhaling vatbaar’.
De tweede scriba becijferde dat er 37 gemeenten in Overijssel-Flevoland zijn die vacant zijn. Dat aantal is hoog en groeit nog steeds. Het onderstreept het belang van de bijeenkomst onlangs waarin aankomende emeriti in overweging is gegeven om zich voor kerkelijke dienst beschikbaar te blijven stellen.
Zie reactie van ds. Marco Batenburg, preses van synode op het stikstofvraagstuk: Klik hier.