Actueel beleidsplan Deventer maakt keus voor hybride kerk en geeft sterke mandaten aan werkgroepen
Als het goed is, kan je aan een beleidsplan van een protestantse gemeente aflezen dat men recente ervaringen in nieuw beleid omzet, zonder dat men surft op een enkele trendmatige golf van de tijd. Het beleidsplan van de protestantse gemeente te Deventer, je mag ook zeggen het beleidsplan van de Lebuinuskerk in Deventer, slaagt daarin wonderwel.
Om een paar van die ervaringen te benoemen: het beleidsplan heeft de ervaringen uit de coronatijd – althans het zou zo maar kunnen dat de coronatijd daarin heeft bijgedragen - omgezet in de vaststelling dat hybride vieringen uitgangspunt zijn in het vormgeven van de liturgie. Mensen in de viering en digitaal meevierende mensen vormen één gemeenschap. De kerkelijke gemeente weet zich nadrukkelijk onderdeel van het stadsleven. Qua vormgeving zoekt men naar herkenbare vormen van bestuur en vrijwilligersinzet. De gemeenschap maakt werk van de opbouw van een stedelijk netwerk door in het beleidsplan expliciet allerlei maatschappelijke en culturele partners te noemen met wie regelmatig contact wordt onderhouden.
Toekomst groter dan verleden
Het beleidsplan heeft een positieve toonzetting die mede wordt gekleurd door een citaat van Samuel Wells, de pastor en theoloog uit Londen: ‘De toekomst is groter dan het verleden’. Hij werkt dat uit in vier c’s, die terugkeren in het beleidsplan van Deventer: community, compassie, cultuur en commercie. Naast Wells komen drie andere theologen prominent voorbij: Erik Borgman, de rooms-katholieke theoloog die de gemarginaliseerde positie van de kerk verwoordt en waardeert; Tomás Halík die de zoektocht naar en van God tegen de kenmerken van de tijd in peilt; en Henk de Roest, de protestantse theoloog die de kerk een huis voor de ziel noemt.
De protestantse gemeente gaat het gesprek aan met de stad en zegt onder meer: ‘We willen in onze geloofsgemeenschap de Bijbelse boodschap toegankelijk maken voor mensen van nu’. Het diaconaat krijgt een prominente plaats in het beleidsplan. Het engagement strekt zich uit over andere maatschappelijke vragen, onder meer op het terrein van de duurzaamheid.
De Lebuïnuskerk sluit zich niet op in eigen kring en zoekt het contact met andere kerken en met de culturele gemeenschap. ‘Waar mogelijk sluiten we aan bij evenementen en werken we samen met culturele organisaties in de stad’. ‘We zoeken actief naar de samenwerking met het ‘Deventer Verhaal’. Het betekent ook dat het kerkgebouw wordt ingezet voor culturele en artistieke activiteiten die creativiteit, expressie en schoonheid bevorderen’.
Qua organisatie zoekt men naar een klein bestuur en sterke mandaten richting de vrijwilligers die allerlei concrete werkzaamheden oppakken. Het beleidsplan zegt: ‘Alleen institutionaliseren als het nodig is, mogelijk een kleine kerkenraad met meer bevoegdheden voor het dagelijks bestuur en meer uitleg van al bestaande mandaten’.
Jonge ouders
De protestantse gemeente telt 1950 leden, de leeftijdsopbouw – in tegenstelling tot wat je in nogal wat andere plaatsen leest – is gelijkmatig verdeeld. Er is bijvoorbeeld een hechte groep ‘jonge ouders’ waardoor relatief veel leden in de leeftijdscategorie 25-40 jaar trouw de erediensten bezoeken. Zo’n 20 kinderen onder de twaalf jaar bezoeken een eigen kindernevendienst en zo’n tien tot vijftien tieners hebben een eigen programma ‘kolder op zolder’. Voor de 25- tot 35-jarigen zijn er diverse gespreksgroepen en eetgroepen.
Voor de complete tekst: klik hier.
Foto: stadsgezicht op Deventer vanaf de toren van de Lebuinus