Foto: archieffoto van een vergeten vlag

Mogelijke Hand in Hand School in Nes Ammim


Ondanks de verschrikkelijke beelden van de oorlog tussen Israël en Hamas lukt het op het menselijke niveau onderlinge contacten te onderhouden. Er zijn zelfs plannen om een zogenaamde Hand In Hand school te beginnen in Nes Ammim, gemengd samengesteld met Joodse en Arabische kinderen. De vele dialoogorganisaties in Galilea zijn actief gebleven ondanks de oorlog. Ze proberen een weg te vinden om elkaar als joodse en Arabische Israëli’s weer te ontmoeten.

Dat schrijven ds. Frans van der Sar en ds. Annemarie van Andel in De Brugse Kerkbode (mei, juni 2024). De twee predikanten waren recent in Nes Ammim. Als predikant waren ze ooit aan de nederzetting in Galilea verbonden. Ze brachten er opnieuw een bezoek, terwijl de oorlog dagelijks in het nieuws is. Ze stelden stelden vast, dat het lukt elkaar op het menselijke niveau te blijven ontmoeten. Wat dat betreft is het alsof er verschillende niveaus zijn van beleving. Er is een wereld van politici en strategen. Een wereld van mensen die in de directe omgeving mensen zijn kwijtgeraakt. En er is een tussenniveau van mensen voor het dagelijkse leven gewoon moet doorgaan.

Ds. Frans van der Sar en ds. Annemarie van Andel schrijven over de ervaringen in de Brugse Kerkbode. Dat is niet zo verwonderlijk, want Frans van der Sar was na zijn Israëlische periode enkele jaren als predikant verbonden aan de protestantse gemeente in Brugge. Dat was in de jaren 2012-2017. Hieronder de impressie zoals het in de Brugse Kerkbode was afgedrukt.

(Voor een eerder verhaal over de Hand in Hand scholen aangereikt door ds. Reinier Gosker: klik hier)

Een groet uit Nes Ammim

Ons verblijf in Nes Ammim verloopt anders dan we het ons hadden voorgesteld. Kort na 7 oktober waren alle vrijwilligers weggegaan uit Nes Ammim. Niemand had toen voorzien dat deze oorlog zo lang zou duren. Toen het Nederlandse bestuur besloot dat het veilig genoeg was om in maart weer mensen naar Nes Ammim te laten gaan hebben wij dat ook gedaan voor een periode van een kleine drie maanden. En dus heb ik mijn preekbeurt op 14 April in Brugge afgezegd. Maar dit blijft een zeer onvoorspelbare oorlog. Na de nieuwe escalatie met Iran hebben de paar vrijwilligers die nog zouden komen alweer afgezegd. We zitten dus met een heel klein groepje van 5 vrijwilligers en twee kleine kinderen. Voor die laatsten spelen we een beetje opa en oma en dat is leuk. Het laat zich nog niet voorzien wanneer het er meer worden. Onze aanwezigheid wordt wel gewaardeerd. De Nes Ammim gemeenschap van vrijwilligers is inmiddels ingebed in een Israëlisch dorp. De aanwezigheid van die kleine gemeenschap geeft voor het dorp en ook voor de werknemers van Nes Ammim een klein beetje hoop op betere tijden. Ook buiten Nes Ammim merk je dat.

Het is voor het eerst in ons leven dat we iets merken van de realiteit van oorlog. Ik zie nu dat er meerdere niveaus van oorlog zijn. Er is de oorlog van de politici, de generaals en strategen zoals Yahya Sinwar, de oorlog van de geopolitieke strategieën waarin een genadeloos en grenzeloos geweld een natuurrecht en een natuurwet lijkt te zijn. Na de gruwelijke inval van Hamas op 7 oktober is dit het perspectief waarin Israël en Hamas elkaar gijzelen. Het gaat erom te winnen. Het gaat erom de ander te vernietigen. Want als je aangevallen wordt moet je terugslaan. Zo hard mogelijk.

Dan is er de oorlog van de mensen die al dat geweld ondergaan en aan den lijve ondervinden: de burgerbevolking in Gaza, soldaten die moeten vechten, sneuvelen of gewond raken en hun familie, de gegijzelden in Gaza en hun familie, de Arabische bevolking op de Westbank, de mensen uit de grensstreek van Gaza en de inwoners van dorpen en steden aan de grens met Libanon en ook die aan de andere kant van de grens in Libanon. Er zijn na een half jaar oorlog in Israël nog steeds tienduizenden mensen geëvacueerd in hotels verspreid over heel Israël. Ook in Nes Ammim worden gezinnen gehuisvest uit dorpen aan de grens twintig kilometer bij ons vandaan. Deze oorlog heeft een verwoestende impact op de levens van miljoenen mensen. Hun leven is er blijvend door getekend en beschadigd.

Maar er is ook een soort tussenniveau van oorlog. De werkelijkheid waarin ook het leven van Annemarie en mij zich afspeelt. Het is oorlog maar het leven gaat toch gewoon door: het gewone leven. En dat is ook wel goed. Je hoort de explosies in Nes Ammim waarvan de ruiten rammelen en het gedonder van de vliegtuigen; maar je trekt je er niet veel van aan. We waren getuige van een raketaanval in Nahariya. We zagen de Iron Dome in actie komen. Iedereen zocht dekking maar na tien minuten ging iedereen verder met wat hij of zij aan het doen was of keerde terug naar zijn stoel op het terrasje.

Toch dringt de oorlog het leven binnen. Aan Joodse zijde kent iedereen wel iemand die in Gaza gevochten heeft of mensen die daar gesneuveld zijn. Maar ook Arabische families kunnen familie in Gaza hebben. Na 1948 zijn hun families uiteengeslagen en in verschillende landen terecht gekomen. Maar er blijft een verschil tussen degenen die direct door het oorlogsgeweld getroffen zijn en degenen voor wie dat meer zijdelings het geval is. Voor de eerstgenoemden betekent dat een pijnlijke eenzaamheid: alleen in hun verdriet te midden van al die anderen voor wie het leven doorgaat. Het meest voelbaar wordt dat nu in Israël bij de families van de gegijzelden in Gaza en de overlevenden van het Novafestival. Veel van de laatsten konden het leven niet meer aan. In de media in België en Nederland zie je veel meer de wanhoop van de Palestijnse bevolking in Gaza, waarvoor in de Israëlische media nauwelijks aandacht is.

Maar voor velen houdt de oorlog iets onwerkelijks in. Het is niet meer te begrijpen. Wat gebeurt er met ons? Wanneer houdt dit op? Wanneer worden de gegijzelden bevrijd? Enzovoort. Zoveel vragen waar geen antwoorden op zijn. Maar de politici, de generaals en strategen gaan door. Zij gingen op in een oorlog zonder toekomstvisie. Met alleen dat vage doel: de vijand te verslaan. Maar daarna? Wat gebeurt er daarna? Zal er dan vrede komen? Of blijft de oorlog doorgaan, een oorlog zonder einde? Zal het nog verder escaleren? Het zijn vragen die steeds sterker worden. Maar de politici, strategen en generaals hebben er geen antwoord op. Sinds het falen van de Oslo-akkoorden is er geen strategie meer geweest voor vrede in dit gebied. Er is geen visie voor vrede. Israël zette in op afschrikking. Dat is een strategie voor oorlog maar niet voor vrede. Het is een klein land in een omgeving die het niet vertrouwt en het doet zich groter voor dan het is. Het kon dat doen onder de vleugels van de Amerikaanse defensiemacht. Na elk geweld sloeg het hard of harder terug. Maar na 7 oktober en na de Iraanse aanval in de nacht van 13 op 14 april is de vraag of de strategie van afschrikking iets heeft gewerkt. De dreiging van een escalatie van het oorlogsgeweld in het Midden-Oosten is sinds 1973, de Jom Kippur oorlog, niet meer zo hoog geweest.

Hoopgevend is dat meerdere landen in het Midden-Oosten nu met Israël willen nadenken en samenwerken om tot een strategie voor vrede te komen. In Israël heeft het veel indruk gemaakt dat Jordanië en Saoedi-Arabië zich hebben ingezet om de Iraanse aanval af te slaan. Ook de Amerikaanse regering en meerdere Westerse landen zetten het weer hoog op hun agenda: er moet een strategie voor vrede komen in Midden-Oosten en een visie waarin die vrede zou kunnen bestaan. Israël zelf is daar nog niet zo aan toe. Het is nog te zeer getraumatiseerd door de gebeurtenissen van 7 oktober en ziet deze buitenlandse initiatieven als een beloning voor terrorisme. Maar de vraag is onontkoombaar: is er een situatie denkbaar en realiseerbaar waarin het geweld stopt? Wat is daarvoor nodig? Hoe kunnen de grote historische trauma’s waar deze regio mee leeft tot rust komen? Zulke dingen zijn niet onmogelijk. Op het Europese continent is het gelukt in de 20e eeuw na twee verwoestende wereldoorlogen. Als dat in het Midden-Oosten nu niet lukt zou het hier tot een nieuwe wereldoorlog kunnen leiden. In de uitzichtloosheid van nu wordt de tijd hopelijk toch rijp voor een strategie voor vrede.

Hoopgevend vind ik de situatie in Galilea. Er is geen geweld geweest tussen joodse en Arabische Israëli’s. Mensen leven hier in hun eigen gemeenschappen maar ze werken goed samen in de lokale economie. Op straat merk je niets van spanningen. Ook in het hotel in Nes Ammim is dat zo. Daaruit komen vriendschappen voort die standhouden ook in deze moeilijke tijd. De oorlog is een moeilijk onderwerp waarin de emoties verschillend kunnen zijn. Maar mensen weten daar mee om te gaan. Dat is een bewuste keuze die mensen maken: tussen ons zal geen geweld zijn. De vele dialoogorganisaties in Galilea zijn actief gebleven en proberen een weg te vinden om elkaar als joodse en Arabische Israëli’s weer te ontmoeten. De Hand In Hand scholen met gemengde klassen van joodse en Arabische kinderen zijn gewoon doorgegaan. Er ligt nu een concreet plan dat er ook zo’n school in Nes Ammim zal komen. In deze sfeer wil Nes Ammim dienstbaar zijn. Het is voor de dialoogorganisaties één van de weinige plekken waar iedereen, van welke herkomst ook, zich op zijn gemak kan voelen. We hebben er dus geen spijt van in deze tijd weer naar Nes Ammim te zijn gekomen. Het is een vredige plek die nog altijd van grote waarde kan zijn voor Galilea. Ik eindig met een lied dat in deze tijd de hoop verwoordt waaraan ik wil vasthouden: Jerushalaim, stad van God. Een stad waarnaar je op weg moet willen blijven waar je ook bent. Of het in Brugge is of Nes Ammim, het maakt niet uit. Met hartelijke groet vanuit Nes Ammim en tot ziens in Brugge,

Frans van der Sar en Annemarie van Andel.

Er is een stad voor vriend en vreemde, diep in het bloemendal.
Er is een mens die roept om vrede, die mens roept overal.
Er is een huis om in te wonen voorbij het dodendal.
Er is een vader met zijn zonen; zij roepen overal.
Er is een tafel om te eten voorbij het niemandsland.
Er is een volk dat wordt vergeten, dat volk roept overal.
Er is een wereld zonder grenzen, zo groot als het heelal.
Er is een hemel voor de mensen; dat hoor je overal.
Jerushalaim, stad van God,
wees voor de mensen ’n veilig huis.
Jerushalaim, stad van vrede,
breng ons weer thuis.

Foto: Het predikantenbord in de protestantse gemeente te Brugge, waarop de naam van ds. Frans van der Sar voorkomt