Kring van Kerken Flevoland
Flevoland heeft weer een oecumenisch regionaal netwerk van kerken. Donderdag 3 oktober kwamen mensen uit diverse kerken bijeen in Almere-Haven. Ze bespraken een lichte vorm van samenwerking van kerken, waarbij mensen elkaar één keer per jaar bijpraten over allerlei kerkelijke en maatschappelijke ontwikkelingen.
De vorming van zo’n regionale Kring van Kerken Flevoland is niet vanzelfsprekend. Flevoland heeft ooit een verfijnde oecumenische infrastructuur gehad. Maar de laatste jaren zijn er barstjes gekomen in de onderlinge samenhang. Het beraad van kerken Almere, de arme kant; het is voltooid verleden tijd geworden. Je merkte in de vergadering dat er enerzijds behoefte is aan meer contact op plaatselijk niveau. Maar het regionale niveau is een tweede. Is er voldoende gezamenlijk belang bij zo’n regionale agenda? Levert het concrete resultaten op? Kan de provincie iets voor de kerken betekenen en omgekeerd kunnen de kerken iets voor de provincie doen of is het logischer de kostbare tijd vooral lokaal in te zetten? Al dat soort vragen kwamen er aan de orde.
De classis Overijssel-Flevoland was initiatiefnemer voor het uitnodigen van de diverse kerken. Pieter van der Schaaf (classicaal bestuurder) en Klaas van der Kamp (classispredikant) noemden verschillende actuele thema’s: het gesprek met de overheid, de opstelling van een kerkenvisie, de inzet voor gezamenlijke campagnes, de inspanningen om de kerken zichtbaar te maken bij de regionale omroep, de inzet voor geestelijke zorg bij ziekenhuizen en verpleeghuizen, gezamenlijke inspanningen om de ziel van Flevoland te verkennen.
Het gesprek met de overheid is in die zin lastig, omdat de thema’s die voor de kerk van belang zijn verdeeld zijn over diverse gedeputeerden. ‘Je moet een duidelijke agenda hebben’, zei iemand. De naam van Jop Fackeldey werd genoemd (gedeputeerde krachtige samenleving) en die van Leen Verbeek als commissaris.
Oudgedienden hadden nog ervaringen met de directie van het toenmalige ziekenhuis. Deze stelde zich erg terughoudend op ten aanzien van geestelijke verzorging bij een instelling. Als de kerken iets willen, moeten ze dat zelf maar betalen; zo luidde de conclusie.
Discussie was er ook rondom de opstelling van een paarse kolom. Diverse burgemeesters hanteren rampenplannen, waarbij kerken soms een plek hebben gekregen, vaak ook is daar van geen sprake. Een complicerende factor kan zijn, dat een ramp grotere proporties krijgt dan het gebied van een enkele gemeente. Voor de overheden is van belang dat ze eenduidig kunnen communiceren met de kerken, zo werd gesteld.
De aanwezigen noemde het belangrijk om niet alleen als witte kerken bij elkaar te zijn, maar allochtone gemeenschappen in ieder geval te nodigen. Of ze zich zullen aansluiten bij de flinterdunne jaarlijkse afstemming valt nog te bezien, gelet op de sterk-etnische oriëntatie. Op de vraag of je bepaalde christelijke gezindten zou moeten buitensluiten, reageerde Klaas van der Kamp afwijzend. ‘In principe is ieder die zich vertegenwoordiger noemt van een christelijke kerk welkom. Het is niet onze bedoeling daar nog een soort ballotage aan te hangen. In het algemeen stellen we voor om geen specifieke statuten o.i.d. te hanteren; we vormen samen een flinterdun netwerk dat elkaar weet te vinden als het nodig is en wat elkaar informeert over relevante ontwikkelingen’.
Als voorbeeld van uitwisseling van onderlinge informatie werd het digitaal collecteren ingebracht. Enkele leden van de Pijler in Lelystad hebben sinds een jaar of drie een app ontwikkeld onder de naam Givt. Er zijn inmiddels 35.000 aansluitingen in meer dan 400 kerken. Zo’n 17 procent van de leden van aangesloten kerken heeft de app geïnstalleerd. Over het algemeen stijgt het bedrag dat per transactie wordt gegeven. Iemand die geld geeft, doneert 1,65 euro in de collectezak. Een digitale donatie geeft gemiddeld per transactie 8,12 euro. Daarbij moet men er rekening mee houden dat digitale donaties vaak een bundeling zijn van het bedrag van alle aanwezige gezinsleden.
Door de ontmoeten heen bleef de vraag sluimeren naar de eenheid van de kerken, dorpen en steden van Flevoland. Klaas van der Kamp stelde dat je kunt spreken van een generatie 2.0; de eerste generatie typeert men vanuit historisch perspectief. De pioniers in de Noordoostpolder zetten de toon voor een generatie van mensen die in de polders werkzaam zijn. Er is nu sprake van een volgende generatie; meer dan de helft van de inwoners komt uit Almere. Het is nu vooral de vinex-mentaliteit die bepalend is voor de inkleuring.
De afspraak werd gemaakt om over een jaar weer de gelegenheid te bieden om elkaar te ontmoeten. Dat zal – onder het voorbehoud van Jakobus – zijn op donderdag 1 oktober 2020. De suggestie werd gedaan om als locatie te gaan naar de provincie (Lelystad) of naar de omroep (Lelystad) of een andere plek waaruit iets van de inzet naar voren komt.
Om het karakter van een netwerk te onderbouwen vroegen deelnemers om een telefoonlijst aan te leggen van diegenen in de vergadering die daar omwille van privacy geen moeite mee hebben.
Aanwezig waren: Ron Weening (Adventskerk, Zevendedags Adventisten), Henk de Groot (ECA), Arjan van Leeuwen (ECA), Ambro Schroten (oecumenische werkgroep Almere), Anja Stam (oecumenische werkgroep Almere), Rianne Veenstra (PKN-Almere), Bettie Woord (PKN-Almere), Pieter van der Schaaf (PKN-classis), Sander Koppers (RKK), Wegwijzer (Bert Noteboom), Frits Kayzer (Baptisten, PLEK), Marjan Kip (DG); Jojanneke en Jan-Willem van Schaick (LdH), Klaas van der Kamp (PKN-classis).
Foto: Rond de tafel in Almere-Haven