Een persoonlijke boodschap
Als Simon voor de eerste keer Jezus onder ogen komt, staat er met nadruk: ‘Jezus keek hem aan’ (Johannes 1: 42). Het Griekse woord voor zien (emblepsas, red.) is meer dan gewoon kijken. Het gaat om een heel intensief kijken. Vergelijk het met deze appel. We weten dat er in deze appel een klokhuis zit, dat de appel van een boom komt die misschien wel in een boomgaard heeft gestaan. Dat kan je allemaal achter de appel zien. Zo keek Jezus Simon Petrus aan. Jezus keek dieper en zag het klokhuis en zag de boomgaard.
Met dat praktische voorbeeld legde ds. Thomas Johannes Smink uit Wierden zondag 13 januari de tekst uit Johannes uit. De hervormde gemeente van Wierden komt onder meer samen in de Dorpskerk. Om negen uur ’s ochtends is er een dienst met bondselementen; om kwart voor elf is er een confessionele dienst. Wierden kent ook nog een kapel met een meer liturgische invalshoek en een gereformeerde kerk.
Zondag 13 januari was de tweede beurt voor Thomas Smink. Hij vertelde over Jezus, die ruimte zag in Petrus’ hart. Vandaar die doordringende blik. Jezus zag de mogelijkheden voor Simon. En dat ging gepaard met een verandering van zijn naam. Hij heette Simon, dat betekent ‘verhoring’. Hij kreeg de naam Petrus, rots. De spiegel van Jezus veranderde zijn leven. De vraag voor mensen vandaag de dag is evenzo: durf jij in de spiegel van Jezus te kijken? Anders is 2019 een verloren jaar, als je God niet de ruimte geeft.
Smink noemde nog een voorbeeld uit de bijbel van een grote verandering; er is het verhaal van Petrus en er is het verhaal van David. Ook David is een voorbeeld van hoe God verder kijkt dan de mensen kijken (1 Samuël 16). Als Samuël bij Isaï komt om een van zijn zonen te zalven, trekken ze één voor één aan Samuël voorbij. De toekomstige koning zit er niet tussen. Maar als Samuël verder vraagt, blijkt er nog een zoon te zijn; David. En God blijkt hem op het oog te hebben.
Het was zondag 13 januari een ontroerende dienst in Wierden. Dat lag niet alleen aan de verkondiging, de liederen en de persoonlijke benadering vanaf het begin waar het gaat om zieken en rouwdragenden. Het kwam ook, omdat de predikant moest vertellen dat hij de volgende dag zelf naar het ziekenhuis zou gaan. Het was indrukwekkend hoe de voorganger de mededeling deed, voorafgaand aan de schriftlezingen en er in de voorbeden op terugkwam. ‘Leg Uw hand op de medici’. En: Als er schaduw is, is er licht. Ontroerend op het moment dat je als voorganger in het midden van de gemeente bidt voor je vrouw, je kinderen en vraagt om voorbede van de gemeente voor de moeilijke gang die je hebt te maken. De mededeling was tegelijk een getuigenis van geloofsvertrouwen. De voorganger kondigde het slotlied als zodanig aan; als een geloofsbelijdenis en tegelijk een lied waarin de zorg een plek krijgt, Psalm 121: 4.
De Heer zal u steeds gadeslaan,
Hij maakt het kwade goed,
Hij is het die u hoedt.
Hij zal uw komen en uw gaan,
wat u mag wedervaren,
in eeuwigheid bewaren.
Foto: Man en vrouw naast elkaar in de kerk, met af en toe een zoon er tussen; ze maakten onderdeel uit van drie generaties: opa en oma; vader en moeder; twee zonen.